Dit filmpje kan gebruikt worden om ouders te betrekken bij het onderzoek en dient voor de professionals als audiovisuele ondersteuning bij de beschreven instructie.
Voordat je kind kan leren schrijven, zijn er veel stappen die moeten worden genomen. De manier waarop je kind een potlood vasthoudt verandert, van een stevige greep in de vuist naar een fijnere greep waarbij het potlood wordt vastgehouden bij de punt met de duim, wijs- en middelvinger. Naarmate je kind meer ervaring en oefening krijgt, zal het sturen van een potlood steeds vloeiender gaan. Vaak ontwikkelt een kind een duidelijke voorkeur voor rechts- of linkshandigheid, maar dit is niet altijd het geval. Als je kind beide handen gebruikt, kan het wat langer duren voordat het de fijnere pengreep beheerst.
Instructies voor professionals | |
Achtergronden | |
Ontwikkelingsveld | Fijne motoriek en adaptatie. |
Neurologisch aspect | Coördinatie van schouder-, arm-, hand- en in het bijzonder de verfijning van de vingerbewegingen. Oog-handcoördinatie. |
Onderzoekleeftijd | |
Aanbevolen leeftijd | 48 maanden (4 jaar). |
Spreiding1 | 34 – 44 maanden (148 – 190 weken)2 |
1De spreiding zoals hier weergegeven geeft de hoogst en laagst gevonden P90-leeftijd aan. P90 is de leeftijd waarop 90% van de kinderen positief scoort. In de internationale literatuur worden hiervoor verschillende leeftijden gevonden. 2Voor dit kenmerk zijn voor verschillende leeftijden nog geen referentiewaarden beschikbaar. |
|
Onderzoekmethode | |
Uitgangspositie kind | Het kind zit dichtbij en recht voor de tafel de tafel, al dan niet bij de ouder op schoot, zodanig dat het de voorwerpen op tafel gemakkelijk kan hanteren. De tafel moet zodanig opgeruimd zijn dat het kind niet afgeleid wordt. |
Uitvoering onderzoek | De onderzoeker observeert hoe het kind kenmerk 26 heeft uitgevoerd. Was het kind niet coöperatief bij de uitvoering van kenmerk 26, dan kan de onderzoeker voor het kind papier en potlood neerleggen en vragen om iets te tekenen. Als het kind het potlood bij het uiteinde in plaats van dichtbij de punt vast pakt, moet de onderzoeker het potlood terugvragen en nogmaals voor het kind neerleggen en vragen om nog iets te tekenen. |
Observatie | De onderzoeker observeert de manier waarop het kind het potlood hanteert. |
Beoordeling | De mate waarin het kind thuis ervaring heeft opgedaan met tekenmateriaal moet bij de interpretatie van een negatieve respons worden betrokken. Indien het kind die ervaring niet heeft, moet dit onder ‘opmerkingen’ worden vermeld. |
Positief | Het kind hanteert het potlood met duim, wijs, en middelvinger. |
Negatief |
|
Registratie | + Bij positieve respons. – Bij negatieve respons: onder ‘opmerkingen’ registreren
|
Discipline | Alle disciplines mogen dit kenmerk uitvoeren. |
Informatie over overleg / consultatie | Indien DA het kenmerk uitvoert mag bij een negatieve score de JV geconsulteerd worden. Indien JV het kenmerk uitvoert moet bij een negatieve score de VS/JA geconsulteerd worden. Bij alarmsymptoom op korte termijn consultatie van de VS/JA. |
Advies | Adviseer ouders over het spelen met hun kind en daarbij het tekenen en kleuren te stimuleren. Geef daarbij adviezen hoe de pengreep te stimuleren. |
Alarmsymptoom |
|
Heb je een gebruikersaccount? Dan ontvang je van ons een mail om je account opnieuw te activeren.